Beste Voorzitter,
Allereerst willen wij onze dank uitspreken naar de heer Kok die bereid is geweest om de zoektocht aan te gaan binnen onze gemeente om te komen tot een stabiel college. We waren benieuwd naar de uitkomst van dit onderzoek. We hebben uitgesproken dat we graag bestuursverantwoording willen nemen. En tot onze verbazing komt onze partij niet eens voor in een van de mogelijke opties. We hebben daar onze gedachten over.
Landelijk gezien is er afgelopen jaren een trend zichtbaar met enerzijds een afname van het vertrouwen van inwoners in de politiek, en anderzijds een toename van steun aan lokale politieke partijen. Je kan dat zien als een verrijking van de kleurrijkdom en als versterking van de representatie.
In Staphorst echter lijkt er geen enkele neiging te zijn om voor ons als de lokale partij plaats te maken. En dat terwijl wij relatief gezien de grootste winnaar zijn. Van 9,1% van de stemmen in 2018 zijn we naar 14,3% van de stemmen in 2022 gegaan.
In gemeenten waarin de winnaars geen plek krijgen in het college leidt dat doorgaans alleen maar tot een ‘wraakactie’ van de kiezers.
Op internet lees ik de reacties op het niet deelnemen van een winnende lokale partij in de gemeente Steenwijkerland. Ik lees drie reacties voor.
- “Ik vind wie er wint, moet sowieso in het college. Zo niet, sta dat niet verbaasd dat de kiezer afhaakt. “
- “Ook hier zie je weer een vorm van buitensluiten. Gelijk aan het spel in de landelijke politiek. Zo jammer. “
- “De kiezer verliest.”
Ontevredenheid, boosheid, zich niet erkend en gehoord voelen. Ofwel: het vertrouwen in de politiek neemt nog meer af en een volgende keer gaan zij helemaal niet meer stemmen. U heeft daar als raad een verantwoordelijkheid in die verder strekt dan het waarborgen van de belangen van de eigen partij. Recht doen aan alle inwoners van de gemeente Staphorst.
Gemeentebelangen Staphorst is van mening dat we een heel stabiele en constructieve bijdrage kunnen leveren aan het college. Wij horen daarom graag waarom een deelname van onze partij aan het college volgens de informateur geen stabiele mogelijkheid heeft.
We hebben vernomen dat de samenwerking tussen het SGP, de CU en het CDA voortzetting krijgt omdat de verkiezingsprogramma’s goed op elkaar aansluiten. Dat de programma’s veel weg hebben van elkaar. Op elkaar lijken. Beste voorzitter, twee dingen hierover. Allereerst: als de programma’s dan zo op elkaar lijken, waarom zou je dan nog gaan samenwerken? Een meerderheid in de raad vind je dan ook wel zonder die samenwerking. Wat voegt een samenwerking dan toe? Ten tweede, heeft Staphorst op dit moment behoefte aan een college dat dezelfde kleurtinten en kleren aan trekt? In onze ogen is juist diversiteit een verrijking. Uit onderzoek blijkt dat we geneigd zijn mensen aan ons te binden die op ons lijken. Diversiteit zorgt ervoor dat je aansluiting blijft vinden bij alle maatschappelijke ontwikkelingen. Staphorst staat voor een aantal zeer diverse uitdagingen. Meer diversiteit zou leiden tot verschillende perspectieven en innovatieve oplossingen. En zelfs de SER stelt in haar rapport van afgelopen september dat alle bedrijven diversiteitsdoelen moeten stellen. Werken aan diversiteit begint met de bewustwording van onze vooroordelen. Bewust en onbewust plakken we allerlei labels op mensen. Het wordt tijd om de mens achter de label te leren kennen en de dialoog aan te gaan met mensen die wellicht anders zijn. Pas dan werk je echt aan een samenleving waarin iedereen ertoe doet. Wel voorzitter, diversiteit is niet gemakkelijk. Het is meer dan alleen het aangaan van een samenwerking. Het doet een appel op onze nieuwsgierigheid naar de ander. Op ons vermogen om in de spiegel te kijken. Het willen zien en begrijpen van de ander moet echt uit je hart komen.
De toename van polarisatie is een andere landelijke trend die we vrezen. De valkuil is om in uitersten en tegenstellingen te spreken. Met het aangaan van een college tussen drie christelijke partijen, die notabene een vergelijkbaar verkiezingsprogramma hadden, vrezen we dat de polarisatie eerder toe zal nemen, dan af zal nemen. Nogmaals voorzitter, doe ik een beroep op de verantwoordelijkheid van ons allen om verder te kijken dan alleen het eigen politieke gewin. We moeten opkomen voor alle inwoners. En tegelijkertijd de saamhorigheid tussen deze inwoners waarborgen. Daarin is het goed om een voorbeeld te geven. Hoe kan het komend college spreken over verbinden, bruggen slaan en over elkaar ontmoeten als ze zelf het voorbeeld niet durft te geven? Wees vrijmoedig!
We hebben zojuist gekeken naar de landelijke trends en hebben daarbij ingezoomd op de gemeente Staphorst, waarbij we de vraag stelden of de keuze voor een college van SGP, CU en CDA de uitdagingen van de gemeente Staphorst voldoende kan beantwoorden. We hebben het gehad over de kracht van diversiteit en de kunst om in tijdens van vergrote polarisatie toch bruggen te slaan.
Als laatste willen we verder inhoudelijke inzoomen naar uw voorstel van een samenwerking van de SGP met de CU en het CDA.
- De vorige raadsperiode hebben de zojuist genoemde partijen ook geprobeerd om een samenwerking aan te gaan. Dat is uitgelopen tot een conflict waarbij het CDA uit het college is gestapt. Op welke wijze, voorzitter, kunt u de inwoners van Staphorst garanderen dat het CDA niet opnieuw haar biezen moet pakken?
- Als we kijken naar het stemgedrag van de CU en het CDA van de afgelopen periode, dan zien we meer overeenkomsten tussen het CU en de CDA dan tussen de SGP en het CDA of tussen de SGP en de CU. We zien daarin een risico dat de rol van de SGP geminimaliseerd wordt binnen het college.
- De CU en het CDA zitten zowel in de landelijke coalitie als in de gedeputeerde staten van Overijssel. Dat zorgt er wellicht voor dat het SGP alleen komt te staan in het bieden van tegengewicht aan maatregelen die vanuit de landelijke overheid ons worden opgelegd. Denk met name aan de uitdagingen binnen de agrarische sector. Trots luisterden wij naar het standpunt van de heer Slager tijdens het lijsttrekkersdebat vlak voor deze verkiezingen waarin hij aangaf een proactieve en leidende houding te willen aannemen, in plaats van een afhankelijke rol. Dat is precies zoals wij het ook graag zouden willen. In hoeverre zijn het CDA en de CU gecommitteerd aan hun moederpartij in Den Haag?
- Dan vinden wij nog iets van “wat er overblijft”: de oppositie. Met drie zetels is zij slechts een heel klein stemmetje. En nogmaals, in het kader van diversiteit, polarisatie maar bovendien in de kunst om voldoende kritische tegengeluiden om je heen te verzamelen, vinden we dit een onverstandig besluit. Op welke wijze wordt deze oppositie dan nog serieus genomen? Of kunnen wij beter thuisblijven voorzitter?
- En dan hebben we nog grote zorgen over de rol en toekomst van ons prachtige dorp IJhorst. IJhorst verdient beter. Veel aandacht, tijd en geld gaat naar het dorp Rouveen. En naar Staphorst. Maar IJhorst? IJhorst voelt zich verwaarloosd. Als er niets mee gebeurt dan zouden wij als inwoners van IJhorst het dorp misschien beter op marktplaats te koop moeten zetten. Want wat doet u? U gaat niet eens de uitdaging aan om een college te vormen met een van de grootste partijen uit dit dorp. U zoekt niet de verbinding. U slaat geen brug.
Toen wij als gezin wilden meedoen aan een gemeente-brede actie om kleding en spullen voor Oekraine in te zamelen, waren de organisatoren IJhorst vergeten. En dat is niet omdat ze onwelwillend zijn. Nee, IJhorst zit eigenlijk nooit in ons doen en laten. Maar IJhorst hoort bij u. IJhorst is 1 van de drie kerkdorpen. IJhorst verdient een plek. Een hoofdstuk.
Onze kritische noot is kritisch en onze zorgen zijn groot. Vrijmoedigheid ontbreekt.
In onze rol zullen we ons hoe dan ook blijven inzetten om u uit te nodigen de brug te nemen. We zullen constructief blijven. Verbindend. En duidelijk.
Dank voorzitter.